Abstract
Ondanks het door Kroes gemelde en in de inleiding aangegeven feit dat op de Burndy Library conferentie in 1973 de meeste deelnemers het lineaire model, waarin techniek als toegepaste natuurwetenschap wordt gezien, afwezen, stelt G. de Vries in 1989 in een artikel in Kennis en Methode dat dit model nog steeds het gangbare beeld is.33 Daarin “wordt de weg van een wetenschappelijke vinding naar het uiteindelijke gebruik in een aantal stappen voorgesteld. Om te beginnen wordt in fundamenteel onderzoek de natuur bestudeerd. Hier legt men de feiten bloot en onderzoekt men de mogelijkheden van ingrijpen die de natuur ons biedt. In een aantal volgende stappen worden vervolgens deze mogelijkheden op maat gesneden en omgevormd tot daadwerkelijk geproduceerde en bruikbare produkten. Elk van de stappen vindt plaats binnen een gemakkelijk te identificeren institutie [..]” . Maar hij stelt vrijwel onmiddellijk daarna de vraag of dit wel klopt en richt voor de beantwoording van deze vraag de aandacht op het verleden om te kunnen schetsen hoe een nieuwe techniek wordt geïntroduceerd